Met de wildste verhalen kwam hij thuis, die vader van mij.
Verhalen van 4 daagse koorreizen naar Duitsland met zijn mannenkoor. Gastoptredens in kerken en nog veel meer...!
Hij maakte punctueel uitgewerkte reisprogramma’s in een prachtig handschrift waar hij uren op zat te zweten, bijeengebonden met een gouden lint.
Ik praat over eind jaren vijftig uit de vorige eeuw.
Rüdesheim, dat was het mekka.
Rüdesheim bleef dan ook een soort toverwoord voor me. Ik wilde die stad ook zien.
Dat gebeurde in de tweede week van oktober 2013.
Dat Otto von Bismarck zich hier thuis voelde, snap ik wel. Dat keizerin Sissi hier honderden jaren geleden logeerde en vanuit haar keizerlijk bed de Rijn aftuurde, snap ik ook wel.
Dat mijn vader hier het paradijs had gevonden, snap ik helemaal.
Rüdesheim heeft wel wat. Tenminste als je van de Deutsche Gemütlichkeit houdt, je de wijn en cognac lekker laat smaken en je je wat verdiept in dit Rheinland met zijn verhalen en feesten.
Ons hotel lag aan de Drosselgasse, dé straat van Rüdesheim. Een honderd meter lang en drie meter breed, aan beide kanten een en al Weinstube, restaurantjes en souvenirwinkeltjes. De vuurrode hanggeraniums trotseerden de oktoberfrisheid en gaven de prachtige smeedijzeren uithangborden alleen maar meer allure. Het was er altijd bommetje vol.
We voelden ons verplicht de laatste avond in ons eigen hotel door te brengen. De plaatselijke horeca hadden we al voldoende gespekt. Vol verwachting schoof ik in het restaurant aan een mooie rood gedekte tafel.
“Of we bij de groep hoorden?``
Uuhh, nee. We zijn maar met z´n tweeën.
Of we dan wilden kiezen uit de tafeltjes, 3 treetjes lager, want twee groepen toeristen zouden hier een feestavond hebben.
Nu zijn we de beroerdste niet, dus wij daalden af, een verdiepinkje lager.
Een kwartier later zaten we er nog. Geen mooi gedekte tafel en het was nog koud ook.
“Entschuldigung, haben sie schon die Speisekarte?”
Een beetje pissig antwoordde ik nee en het lag op het puntje van mijn tong om te zeggen dat ik wel iets anders had: koud!
Met een sneltreinvaart werd alles in orde gebracht.
Onze aandacht werd op dat moment eigenlijk volledig in beslag genomen door een drietal mensen. Iedere avond live music, dus dit moest het worden! Dit bandje met een angstig kijkend zangeresje, een man met een keyboard en een man met een klarinet, hadden naar ons idee net de X Faktor gemist.
Het paniekerige zangeresje pakte bij de eerste drie nummers plichtsgetrouw de microfoon, wiegde op de muziek mee, maar ze gaf geen geluid. Het meisje niet, maar de microfoon ook niet want dat ding kwam niet hoger als haar middel. Toen wij ons langzaam gingen afvragen of zij puur als decoratie meedeed, kwam de openbaring. Ze gaf geluid. Nog niet eens zo slecht. Het repertoire van de oude Roy Black kwam langs, een paar liedjes van de Kilima Hawaiis, en wat Corry Koningsachtige nummers. Werd het toch nog gezellig. Wel mede door de alcohol. Koud had ik het niet meer.
Na de tweede pauze van dit Golden Trio, hielden wij het voor gezien.
Het Golden Trio bestond nog niet anno 1959, maar dat mijn vader en zijn zangvrienden hier een wereldtijd gehad moeten hebben, staat voor mij als een paal boven water.
Hij had gewoon gelijk en ik voelde duidelijk zijn aanwezigheid, hier in Rüdesheim in 2013.
Dit stukje Middenrijn, staat op de Unesco Werelderfgoedlijst.
Rüdesheim, de geboortestad van Asbach Uralt, met zijn 10.000 inwoners en 2,5 miljoen toeristen per jaar heeft het helemaal gesnapt.
Er zijn dorpjes in dit stukje Rheinland die er niets van snappen.
Een 30 km verderop zit de beroemde Loreley, aan de oevers van de Rijn. De overlevering vertelt dat talloze schepen hier vroeger in de problemen kwamen.
Snap ik. Ik heb ze zien zitten in al haar glorie. Menig schipper heeft, toen hij deze wonderschone dame passeerde, geen oog gehad voor de juiste koers.
Tientallen rondvaartboten varen nu nog steeds dagelijks langs het weelderige beeldje, fototoestel in de aanslag en het lied van de Loreley in de oren.
Boven op de rotsen staat het Loreley bezoekerscentrum. Je kunt er naar toe lopen als je afgemeerd bent in het dorpje van deze bekende schoonheid.
Daar zit hem nu net de kneep. Men zou eens moeten gaan kijken hoe ze dat in Rüdesheim doen. De horeca en de notabelen zouden zich eens achter de oren moeten krabben.
Maak er iets moois van, ingeslapen dorp. Haal alles uit de kast om je dorpje wat aantrekkelijker te maken.
Het was drie keer niets. Of eigenlijk zes keer niets, want aan de ene kant ligt Sankt Goarshausen en aan de andere kant van de Rijn Sankt Goar.
De a spreek je uit als een o.
Probeer het eens!
Hardop.
Dan valt wellicht het kwartje!