Dorita de Bekker-Vorst
verhalen en gedichten
2009 - Het Keershuys
~

Was Blurb maar eens zo dik! Dan kon ik een hele bladzijde vol schrijven over al die geweldige persoonlijke ontmoetingen . Het tweede bezoek van D. Orgel dit seizoen was bij Toine van Stiphout van het Keershuys in de Lepelstraat.

Opnieuw trof ik een enthousiaste verteller, een man met zoveel passie voor zijn vak en zijn zaak. Kleinzoon van Jo de Stip, en de andere Opa Gerrit Schulte, geboren en getogen in de binnenstad, het vak met de paplepel binnengekregen .Bestuurslid van de HUB ( Horeca Uilenburg Belangenvereniging) en initiatiefnemer van “Gezellige Zaken”. En dat laatste evenement betstaat alweer 11 jaar en kan rekenen op een 10.000 bezoekers.
“Ik ken geen doelgroep. Ik draai het om. Bij ons in de zaak komen mensen vanuit alle generaties. En ze komen hier omdat ze zich hier op hun gemak voelen en hier een stuk herkenning vinden. Geen poeha, gewoon gezellig onder elkaar. Mijn Oma van 90 zie ik elke dag en geniet hier samen met haar vriendinnen. Net zoals de middelbare generatie en de jongeren dat doen. En zij allen zijn mijn doelgroep geworden.”

Keershuys
Het Keershuys ontleent zijn naam aan een kaarsenfabriek. Vroeger kon men hier vette stompkaarsen kopen om zich veilig een weg naar huis te laten wijzen. Naast het Keershuys stond de St Janspoort, de ingang van de stad, en daarachter was het aardedonker.“Ik pik zo mijn momenten, om over de historie van dit pand te vertellen als de stadswandelingen hier langs komen.” vertelt Toine die voor ons alle tijd heeft. Achterin de zaak boven, siert een oude muurschildering uit de vijftiende eeuw, de gezellige rustieke eetgelegenheid. En met Carnaval?”Ja, dan is het heel druk. En dat is zo gegroeid. Het eerste jaar was het boven alleen eten maar men bleef hangen voor een lekker pilsje beneden. Met het jaar werd dat meer En dat is de reden dat ik open blijf met Carnaval. En nu versier ik de zaak, speel in op allerlei manieren zoals met worst rondgaan van de HEMA, na het lied van de Kleinkeinder en alles regelt zichzelf. De mensen kennen mij na al die jaren en ik ken hen en het is altijd bomvol . En zo vieren mijn team en ik dan ook Carnaval.” Toine is een grote voorstander van Carnaval op straat. Geen dichtgetimmerde gelegenheden. Zo graag biedt hij plek aan de carnavalsclubs om te spelen maar plaats is een hinderlijke factor.”Jaren geleden heb ik het idee geopperd om een podium te bieden over de Dieze, hier aan de overkant. Ik wilde dat zelf bekostigen. Dat heb ik met de Oeteldonksche Club kortgesloten en zij zouden met de Gemeente gaan praten die er een stokje voor stak. Nooit meer iets van gehoord! Zo jammer en een slechte zaak. Zo doe je zo’n mooi feest de das om.”

Huberts Huukske
Vooraan de bar is een koperen plaat bevestigd met het opschrift Huberts Huukske. “Hij is degene die mij min of meer mijn bestaansrecht heeft gegeven met Carnaval. Hubert had altijd zijn eigen plaatsje en kwam altijd met dezelfde groep mensen. Op een gegeven moment was zijn hoekje ingenomen door andere bezoekers. Dat kon niet, vond ik. Dus heb ik een dranghek de zaak ingesjouwd en daarachter was enkel plaats voor Hubert en zijn vrienden.”
Nou, als dat niet tekent. Vroeger wezen de kaarsen die men hier kocht, de weg naar huis. Nu is het Keershuys  een gezellig thuis, en de weg ernaar vindt men automatisch. Zonder een kaars!