In 1996 vertrokken we met onze kinderen voor een dikke drie weken naar Californië.
Voor honkbalfanaten zoals die kinderen van ons waren en tot op de dag van vandaag nog zijn, is Amerika het Mekka.
Daarbij opgeteld dat dit onze laatste vakantie met z’n vieren zou worden en Amerika altijd een droom was geweest, werd dit dan ook een trip om nooit te vergeten.
Ik weet ook bijna zeker dat er nooit een vakantie zal komen die deze kan overtreffen, in wat voor exotisch luxueus oord ze me ook zullen droppen.
Dit Amerikaanse avontuur, met vieren aan de eetkamertafel uitgedokterd en daar met vieren in onze camper beleefd, zal altijd met stip bovenaan blijven staan.
Thousand things hebben we meegemaakt. Van San Fransisco tot Los Angeles van Hollywood tot Beverley Hills,van Yosemite Park tot Death Valley, van Sacramento tot Santa Barbara, een klein gedeelte van de Grand Canyon om van de de San Fransisco Giants en de Dodgers uit LA nog maar even te zwijgen.
En dan Las Vegas!
Bloedheet was het maar dat voelden we niet en we sjouwden door. De adrenaline schoot door ons heen.
We waren in Vegas!
Op een immens groot parkeerterrein stalden we onze luxueuze reishut, sloten die vakkundig af en zochten automatisch en plichtsgetrouw naar iets dat aan parkeergeld betalen deed denken.
Onze acht ogen zagen nothing.
“Hè, voor nop en dat in Las Vegas?”
Nadat we collectief acht schouders hadden opgehaald, besloten we maar om op zoek te gaan naar de spuwende vulkaan voor het Mirage Hotel.
We hadden zeker al tien minuten gelopen en het ene na het andere indrukwekkende hotel bewonderd toen we plotseling achter ons hoorden:”Excuse me, did you park your RV over there?”
Daar heb je het gedonder in de glazen, dacht ik nog. Hallo Amerikanen, geef dan vakkundig aan waar je je parkeerdollars kunt droppen.
We draaiden ons om en daar stond een supergezonde ronde olijke Amerikaan van een dikke dertig, type figurant uit de serie Baywatch. Kort broekje, twee stevige bruinverbrande benen en een T shirtje dat spande om zijn indrukwekkende borstkas.
Ja knikten we, gelijk een stelletje marionetten. Wij hebben ons recreation vehicle inderdaad over there geparkeerd! De twee stevige bruinverbrande benen en alles wat er boven uitstak, zei vervolgens met de nodige spanning in zijn stem:”We followed you the whole time with our camera.”
Mijn god, dachten ze nou dat we de bank zouden laten springen, zat de FBI achter ons aan of was Interpol overactief?
Wij simpele Bosschenaren vielen helemaal van ons geloof toen die dappere dodo ons duidelijk maakte dat we daar niet onze camper mochten parkeren. Of we maar even mee wilden komen.
Ik dacht echt dat we de gevangenis op Alcatraz voor de kust van San Fransisco terug zouden zien, alleen nu achter de tralies.
Tot onze stomme verbazing pakte de man zijn fiets, wachtte totdat wij bij ons rijdend huis waren en zei vriendelijk:”Komt u maar achter mij aan. Ik zal u wijzen waar u kunt parkeren.”
Aldus gebeurde.
De man fietste met een sneltreinvaart fluitend voor ons uit, keek een paar keer achterom of we er nog waren en sprong van het zadel toen hij bij de plaats van bestemming was gekomen.
Toen onze camper keurig in het vak tot stilstand kwam, liep hij grijnzend naar ons toe, tikte op het raampje en riep:”Have a nice time in Vegas!!”
We moeten er als een stel zombies hebben uitgezien. Een voor een stapten we uit, de dollars in de aanslag. Wat we zagen was enkel een razendsnel fietsend mannetje in een kort broekje met een soort van walkie talkie dansend op zijn heup. In no time was hij aan ons gezichtsveld onttrokken.
In de bloedhitte van Las Vegas waren wij het over een ding gloeiend eens: de hemel zij geprezen dat we toch ons verstand op een rijtje hadden gehouden en de hele operatie op video hadden vastgelegd.
Men mocht ons bij thuiskomst eens niet willen geloven!!!