~
Daar zitten ze dan
De metselaar - de fluitspeler en roffelaar
De vogelaar - het gedrocht en de bedelaar
Op luchtbruggen en bogen
De meester - de zatlap en de timmerman,
Achter elkaar - daar zitten ze dan
Eeuwenlang kijken zij al naar beneden
Naar het leven in onze stad
In vogelvlucht naar daken en huizen
Terwijl de een sliep en de ander bad
Versteend en vergrijsd - allemaal
Bewaken zij onze kathedraal
Toen kwam daar na honderden jaren
Trots - hemels en zo blank
Geen boodschap aan alle boogbeeld bezwaren
De engel met mobiel op de Paradeflank
Zij kreeg bezoek van de Oeteldonkse Burgervaojer
Zij was op radio en TV
Zij kreeg een das zodat zij niet ziek kon worden
De Peer nam nog net geen pilsje mee
Het is niet vreemd dat de toorn hoog is
Dat de opperman vloekt en de erwtenman kotst
Want op iedere luchtboog wordt nu geleden
Traditie en rangorde - een nieuw gezicht - dat botst
Men ziet dat ‘s nachts de engel staat te bellen
- Het is recessie ik vraag niet veel
Geef me water uit het fonteintje
Goed voor mijn hart goed voor mijn keel -
Wie zal het zijn die haar water komt brengen
Het Pumpke - Hart van Brabant of de Plebaan
De roep komt van de bogen: laat dat nooit meer gebeuren
Want de stad zal voor een grote ramp komen te staan
Dus…
Geen gedonder daar boven bij de toren
Geen machtsverschil en geen gezeik
Ook de engel met mobiel zal moeten leren
In Oeteldonk is iedere boer gelijk
* Oeteldonkse Burgervaojer oftewel Peer vaan den Muggenheuvel tot den
Bobberd is de Oeteldonkse Burgemeester
* Pumpke en Hart van Brabant: twee horecazaken in ‘s-Hertogenbosch
